Organisatie van de ondersteuning 

Wanneer ouders hun kind aanmelden op IKC Driemaster en daarbij aangeven dat hun kind een specifieke ondersteuningsbehoefte heeft, gaan we altijd eerst met hen in gesprek. Samen met de ouders/verzorgers kijken we wat het kind nodig heeft. We bespreken de mogelijkheden die we als school kunnen bieden. We willen een realistisch ontwikkelingsperspectief schetsen op basis van een reële inschatting van de onderwijsbehoeften van het kind. Wanneer kinderen extra ondersteuning nodig hebben in hun ontwikkeling, dan kunnen we de ondersteuning telkens een niveau opschalen, waarbij de inzet van externen en ouders steeds belangrijker wordt. Wij volgen de ondersteuningsroute die afgesproken is in het samenwerkingsverband Kop van Noord Holland. 

Groepsniveau en leerlingniveau

Op dit niveau heeft de leerkracht de regie. De leerkracht heeft de eerste zorg voor elk kind. De leerkracht hanteert de basis van gerichte aanpak: toetsing/observatie, analysegegevens, interventies uitvoeren en wederom toetsing/observatie als evaluatie (dit is een doorlopende cyclus in de aanpak). 

Zodra er wordt gesignaleerd dat een (groepje) kinderen uitvalt of opvalt, verzorgt de leerkracht de begeleiding in de klas. Is er langdurige en intensievere begeleiding nodig, dan wordt dit met de kwaliteitscoördinator besproken. De ouders worden op de hoogte gesteld van de intensievere begeleiding en worden bij elke evaluatie betrokken.  

De leerkracht is eindverantwoordelijk voor de ondersteuning van de groep en de leerling. 

Aangepast programma?

Soms komen we tot de conclusie dat alle extra inzet onvoldoende effect heeft of dat het kind in zijn ontwikkeling op meerdere gebieden een achterstand heeft. We kunnen dan in overleg met de ouders het besluit nemen om het kind een schooljaar over te laten doen. We kijken hierbij ook nadrukkelijk naar de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. De mening van de ouders is uiteraard heel belangrijk, maar de school neemt de uiteindelijke beslissing over het doubleren.

Vaker komt het voor dat een kind voor een bepaald vak met een aangepast programma (leerlijn) gaat werken. Het kan zijn dat een leerling op dat gebied niet het eindniveau van de basisschool haalt. We stellen het aangepaste programma zodanig op, dat er aansluiting is bij het voortgezet onderwijs. De leerlijn wordt door de leerkracht opgezet in overleg met de kwaliteitscoördinator, waar nodig wordt het ondersteuningsteam ingeschakeld voor advies. De ouders worden hierbij betrokken. 

Er zijn ook kinderen die zich op een bepaald vakgebied sneller ontwikkelen. De leerkracht zal dan in samenspraak met de ouders en de kwaliteitscoördinator een plan opstellen dat is gericht op het geven van extra leerstof die voldoende uitdaging biedt. In zeer uitzonderlijke gevallen is het mogelijk dat een kind een groep overslaat. Deze beslissing nemen we in overleg met de ouders en het ondersteuningsteam. 

Ondersteuningsteam

Als ondanks alle zorg het kind zich toch onvoldoende blijkt te ontwikkelen, kan het kind door de groepsleerkracht en de kwaliteitscoördinator worden aangemeld in het ondersteuningsteam. Dit ondersteuningsteam bestaat uit de directeur, de orthopedagoog (vanuit de stichting Sarkon is dit Sjaak Kager), de kwaliteitscoördinator, de leerkracht(en) en op aanvraag extern deskundigen. Dit team komt ongeveer zes keer per jaar bijeen en vindt zoveel mogelijk onder schooltijd plaats. Besprekingen in het ondersteuningsteam kunnen leiden tot: aanpassing van de begeleiding van de leerling, aanvragen van een arrangement of onderzoek, observatie door een instantie en dergelijke. We vinden het belangrijk dat ouders aanwezig zijn bij de bijeenkomst van het ondersteuningsteam. 

Extern niveau

Soms wordt na uitgebreid onderzoek geadviseerd om het kind verder te laten gaan op een school voor speciaal onderwijs of speciaal basisonderwijs, omdat de school onvoldoende hulp kan bieden bij de ondersteuning van een kind. Er wordt dan een aanvraag gedaan bij een regionale Commissie voor Toelating en Ondersteuning. Deze commissie heet het CTO. 

Naast de toelatingsfunctie heeft dit CTO ook een adviserende functie. Het kan ook zo zijn dat we, voordat een kind geplaatst wordt op de IKC Driemaster, dit niet als haalbaar beoordelen. Dan gaan we samen met de ouders / verzorgers op zoek naar een beter alternatief binnen de regio. De school neemt hierbij het initiatief, waarbij intensieve communicatie en afstemming essentieel zijn. Voor de aanvraag van speciaal onderwijs of speciaal basisonderwijs is gedegen onderzoek en/of documentatie vereist, waarin alle partijen hun aandeel hebben. 

Scholengroepniveau 

Op dit niveau werken scholen in de nabijheid van elkaar samen. Met elkaar zorgen zij voor expertise en met gezamenlijke financiële middelen kan een goede ondersteuning van de kinderen gerealiseerd worden. Het Samenwerkingsverband Kop van Noord Holland is een regionale instantie met als doel het onderwijs in de regio dekkend te krijgen. Vanuit de wet op Passend Onderwijs werken verschillende instanties samen om elk kind een passend aanbod van onderwijs te bieden. We werken daarvoor met regio’s die zijn ingedeeld als Scholengroepen. Onze school maakt deel uit van de Scholengroep Den Helder Noord. Het doel van het instellen van deze scholengroepen is om zo lokaal mogelijk een antwoord te kunnen vinden op de ondersteuningsvragen die binnen deze scholen leven. De regio’s worden onder andere verantwoordelijk voor het onderhouden van de kennis en expertise van het ondersteuningsaanbod in de regio, maken afspraken over ondersteuning en verwijzing van leerlingen met een specifieke ondersteuningsbehoefte, zetten gezamenlijk middelen en expertise in om elkaar hierin te ondersteunen.